1. Functioneringstoelage

De raad kan een functioneringstoelage vaststellen.

De raad bepaalt in de rechtspositieregeling hoeveel de functioneringstoelage bedraagt bij uitstekende prestaties. Dit is een percentage van het salaris.

De raad beschikt over lokale autonomie bij het vaststellen van het percentage, de uitbetalingsmodaliteiten, de toekenningsvoorwaarden en cumulmogelijkheden in de lokale rechtspositieregeling.

Verder is het aan het bestuur om een beloningssysteem uit te werken voor het uitstekend presteren. Het bestuur dient dit te concretiseren door te bepalen, aan de hand van objectieve criteria, hoe het uitstekend presteren moet worden vastgesteld en ook door de hoogte van de toelage te bepalen. Het vaststellen van de uitstekende prestaties is gekoppeld aan de verplichte regeling voor opvolging en feedback, zoals vastgesteld in artikel 13 BVR RPR 2023.

Rechtsbron: artikel 38 en artikel 43 BVR RPR 2023

2. Managementtoelage

De raad kan een managementtoelage vaststellen.

De raad bepaalt in de rechtspositieregeling hoeveel de managementstoelage bedraagt bij uitstekende prestaties. Dit is een percentage van het salaris.

De raad beschikt over lokale autonomie bij het vaststellen van het percentage, de uitbetalingsmodaliteiten, de toekenningsvoorwaarden en cumulmogelijkheden in de lokale rechtspositieregeling.

Verder is het aan het bestuur om een beloningssysteem uit te werken voor het uitstekend presteren. Het bestuur dient dit te concretiseren door te bepalen, aan de hand van objectieve criteria, hoe het uitstekend presteren moet worden vastgesteld en ook door de hoogte van de toelage te bepalen. Het vaststellen van de uitstekende prestaties is gekoppeld aan de verplichte regeling voor opvolging en feedback, zoals vastgesteld in artikel 13 BVR RPR 2023.

Rechtsbron: artikel 38 en artikel 43 BVR RPR 2023

3. Combinatie functionerings- en managementtoelage

De functioneringstoelage en de managementtoelage zijn niet cumuleerbaar.

Rechtsbron: Artikel 38 BVR RPR 2023

 

                                                                                                                  BVR RPR 2007

Onder het BVR RPR 2007 was het ook mogelijk om een functionerings- of managementtoelage toe te kennen. Dit werd door de raad bepaald in de rechtspositieregeling. De regeling uit het BVR RPR 2007 is nog van toepassing tot op het ogenblik dat een bestuur beslist om de lokale rechtspositieregeling op dat vlak aan te passen na de inwerkingtreding van het BVR RPR 2023 (m.n. 18 maart 2023).

Het volgende diende voor de functioneringstoelage in acht gehouden te worden:

1° de functioneringstoelage kan worden toegekend als uit de evaluatie blijkt dat het personeelslid uitstekend heeft gepresteerd in relatie tot de evaluatiecriteria en de eventuele resultaatsverbintenissen;

2° de functioneringstoelage bedraagt maximaal 5% van het geïndexeerde brutojaarsalaris;

3° de raad stelt de nadere regels ter zake vast.

Voor de managementtoelage gold het volgende:

1° de managementtoelage kan worden toegekend aan een lid van het managementteam als uit de evaluatie blijkt dat de betrokkene uitstekend heeft gepresteerd en de concrete doelstellingen die hem bij de aanvang van de evaluatieperiode waren opgelegd, heeft gerealiseerd;

2° de managementtoelage bedraagt maximaal 8% van het geïndexeerde brutojaarsalaris;

3° de raad stelt de nadere regels ter zake vast.

De beide toelagen konden niet gecumuleerd worden.

Rechtsbron: Artikel 152 BVR RPR 2007