Uittredingsvergoeding – Eindejaarstoelage 2024, een beroepsinkomen?
Het is bijna zover, de verkiezingen zijn achter de rug, en de nieuwe bestuursploeg staat klaar om in december geïnstalleerd te worden.
De uittredende mandatarissen kunnen, als ze aan de voorwaarden voldoen, aanspraak maken op een uittredingsvergoeding. Het recht op de uittredingsvergoeding vangt aan de dag na de installatievergadering.
De uittredingsvergoeding is gelijk aan 1/12de van de laatst ontvangen jaarwedde in het laatst uitgeoefende mandaat. Als de mandataris een beroeps- of vervangingsinkomen ontvangt dat lager is dan het bedrag van de uittredingsvergoeding, kan de mandataris vragen om het verschil tussen beide bedragen bij te passen. Indien de mandataris een beroepsinkomen ontvangt dat hoger is, vervalt het recht op de uittredingsvergoeding definitief.
Een stukje wedde, overeenkomstig de dagen dat het mandaat nog werd uitgeoefend, zal de mandataris in ieder geval nog ontvangen voor de maand december. Maar wat indien het bestuur de eindejaarstoelage ook pas uitbetaalt in december? Moeten we dit dan ook zien als een beroepsinkomen waardoor de gewezen mandataris eventueel slechts een bijpassing van de uittredingsvergoeding zal ontvangen?
Wel, we hebben dit voor u uitgezocht!
Indien in de maand december de eindejaarstoelage van 2024 nog wordt uitbetaald, moet dit gezien worden als een beroepsinkomen dat betrekking heeft op eerder geleverde prestaties. Dit moet dus niet beschouwd worden als een beroepsinkomen dat betrekking heeft op de periode van de uittredingsvergoeding. Met andere woorden, de eindejaarstoelage moet niet mee in aanmerking genomen worden als beroepsinkomen om het bij te passen bedrag van de uittredingsvergoeding te bepalen.