Opbouw pensioenrechten in publiek stelsel bij ontslag om dringende reden statutair personeelslid
Wij brengen u graag op de hoogte van een recent standpunt van de Federale Pensioendienst dat wij hebben mogen ontvangen van het Agentschap Binnenlands Bestuur (hierna ABB).
Even was er onduidelijkheid over de opbouw van pensioenrechten voor statutaire personeelsleden wanneer zij, ingevolge het ontslagdecreet, ontslagen werden om dringende reden. Er werd gesteld dat dit nu de zwaarste sanctie was en zij hierdoor geen ambtenaren pensioen meer zouden genieten en dus terug zouden vallen op een werknemerspensioen. ABB is hierover in dialoog getreden met de Federale Pensioendienst.
Hierover is er nu dus duidelijkheid. Het principiële verlies aan pensioenrechten bij ontslag om dringende reden is enkel van toepassing als statutaire personeelsleden ontslagen worden om een dringende reden die verband houdt met feiten die door de wetten en decreten als een misdaad worden beschouwd (o.a. moord, aanranding van de eerbaarheid). Dit is dus in lijn met de vroegere tuchtrechtelijke sanctie: afzetting, waaraan het verlies van pensioenrechten gekoppeld werd.
Wat is een aandachtspunt voor u als bestuur?
De Federale Pensioendienst vraagt om in de ontslagbrief, die ingediend moet worden via het elektronisch attest “beëindiging arbeidsbetrekking”, uitdrukkelijk te vermelden dat de feiten die aan het ontslag ten grondslag liggen al dan niet als een misdaad moeten worden beschouwd.
Wat met een reeds doorgevoerd ontslag om dringende reden sinds 1 oktober 2023?
De Federale Pensioendienst vraagt om via het elektronisch attest een aangepaste ontslagbeëindiging (aanvulling) in te dienen indien het ontslag om dringende reden gebaseerd is op feiten die als misdaad beschouwd worden. Op die manier kan de Federale Pensioendienst de pensioenwetgeving correct toepassen.